Hondsdraf

Hondsdraf
Glechoma hederacea
Lipbloemenfamilie
---------------------------------------------------------------
Omdat het een woekeraar is wordt hondsdraf vaak als een lastig onkruid beschouwd. Jammer, want het is een prachtig plantje.
Hondsdraf is een laagblijvende, altijdgroene, vaak paars aangelopen lentebloeier. Hij verspreidt een sterke, kruidige netelgeur.
Hondsdraf komt voor in de gematigde zone van het noordelijk halfrond; in Noord-Amerika is hij ingevoerd. In Nederland behoort deze plant tot de algemeenste veertig plantensoorten.

Het loont de moeite om de bloemen eens met een loep te bekijken: binnen in de paarsblauwe kroon zie je vier meeldraden en de stamper. Er zijn twee lange en twee korte meeldraden; de stamper heeft een tweedelige stempel die als een slangentong uit de bloem steekt. Soms tref je bloemen met alleen maar stampers.

Hondsdraf wordt bezocht door wilde bijen en hommels. Om bij de nectar te komen moet je een tong hebben die lang genoeg is om onderin de bloembuis te komen en de nectar op te zuigen. Als er een hommel zo vriendelijk is geweest om onderaan de bloembuis een gaatje te prikken dan kunnen door deze inbraak ook bijen met een korte tong bij de nectar komen. Zij hebben dan voor de bestuiving van de plant geen enkel nut. Bestuiving vindt alleen plaats als het insect netjes door de ‘voordeur’ binnen komt.

Het blad van hondsdraf vormt – net als weegbreeblad – een oud  huismiddeltje tegen zweren, jeuk en zwelling. Altijd handig als je in de brandnetels bent gevallen. Vroeger werd hondsdraf gebruikt bij de bereiding van bier om de smaak te verbeteren. Later heeft hop deze functie overgenomen.
De blaadjes van hondsdraf zijn eetbaar. Ze worden gebruikt in soep en salades.

De naam ‘hondsdraf’ is een verbastering van ‘gondrave’, een oud woord voor ‘wonddrank’. Hondsdraf werd vroeger namelijk gebruikt bij de genezing van wonden.
De geslachtsnaam ‘Glechoma’ zou afgeleid zijn van het Griekse woord ‘glechon’, een soort uit het geslacht munt. Dat zijn ook lipbloemigen.
De soortaanduiding ‘hederacea’ is afgeleid van ‘Hedera’, dat is de geslachtsnaam van klimop. Het kruiperige gedrag van hondsdraf doet immers aan klimop denken.
De plant wordt in Breda en omstreken wel ‘duívelnaaigaren’  en ‘kruip door de tuin’ genoemd.

Bloem De paarsblauwe bloemen staan in kleine groepjes in de bladoksels. De bloemkroon is tweelippig. De buisvormige kelk heeft vijf tanden.
Hoogte 0,15 – 0,60 m.
Bloeitijd April – juni.
Blad Rond of niervormig met een stompe top en gekartelde rand. Betrekkelijk lange bladstelen. De bladstand is kruisgewijs.
Stengel Op doorsnede duidelijk vierkant. Kruipend en wortelend. Bloeistengels opstijgend.
Vruchten Vierdelige splitvrucht.
Overig Vaste plant. Sterk riekend. In het voorjaar vaak paars aangelopen.
Standplaats In bermen, in bossen en onder struikgewas. Humus- en stikstofrijke plaatsen.
Groeit soms ook omhoog langs boomstammen.
In Breda Op grasveldjes en onder hagen maar ook op sterk verweerde muren.
Vergelijk Verwarring met andere planten is nauwelijks mogelijk.

Een samenwerking van IVN Mark&Donge en KNNV Breda